
Les 2: Stratus
24 augustus 2023Dít is een leuke wolk. Echt hoor, niet gelogen. Een kleine witte wolk die amper komt kijken. Een stapelwolk van het kleinste soort. Humilis. Humilde. Nederig, nietig, bescheiden. Waar vind je dat nog? Het is dan ook een hele kleine wolk, onderdeel van het cumulus-volk, oftewel: de stapelwolken. Net als de mens beginnen cumuluswolken bescheiden en mini, de humilis. Zeg als een baby-wolk of baby-cumulus. Daarna groeit ‘ie door naar de cumulus congestus, de puber zeg maar. Een beetje onbeholpen, met horten en stoten als een lichaam en geest die amper kunnen bevatten dat de volwassenheid in zicht komt. Gevolgd door de adulte fase, de cumulonimbus. En die grootste stapelwolk is tot allerlei moois en verschrikkelijks in staat. Prachtige buien, dikke regens, felle hagel, uitslaande bliksems. Als het echt een joekel is dan zijn ook nog zeer zware windstoten en wie weet een tornado mogelijk. Mooie analogie, van de onschuld naar de onstuimigheid.
Nu haper ik even op het woordje analogie. Excuus, maar sinds er een bepaalde reclame circuleert op de radio moet ik dus bij woorden die met ‘ana’ beginnen altijd aan Anamel denken. Het schijnt iets te zijn voor het achterste. Als dat jeukt kun je er Anamel opsmeren. Superhandig, allicht. Alleen bij Anamel ga ik vanzelf over op Anabel, dat liedje van Hans de Booij uit de jaren-ooit. Ik zing thuis geregeld: “Anamel, het wordt niets zonder jou, Anamel!” Sorry Hans, ik ben gebrainwasht.

EEN SCHATJE
De cumulus humilis. De baby. Een kleine individuele wolk die de start vormt voor een stapelwolk. Maar soms ook gewoon humilde blijft en samen met soortgenoten heel kalm boven het landschap hangt. De wolk ontstaat door zoninstraling die stijgende luchtbellen vanaf de grond opwekt. De lucht op bepaalde plekken stijgt op, het vocht in die ‘bel’ condenseert door dalende luchtdruk en (daardoor) afkoeling en er ontstaat een wit wolkje. Deze krijgt al snel een beetje de vorm van een stapelwolk. Dat wil zeggen: iets hoger in het midden en wat lager langs de flanken. De sterkste stijgstroom zit namelijk in het midden en dat blijft ook zo als de wolk groter wordt, bij congestus. Soms is er maar net genoeg vocht om een humilis eruit te persen en vaak verdwijnt deze ook weer. De wolkenbasis stijgt namelijk geleidelijk naarmate de zon hoger komt te staan en het kan zijn dat de omringende lucht dan de wolk uitdroogt en doet verdwijnen.
Het is al met al een schatje, onze wolk. Klein, onschuldig, een hummeltje. Volgens mij kan het bijna niet anders of ons woord hummeltje is afgeleid van de wolk humilis. De officiële etymologie van ‘hummel’ zegt wat anders. Ten eerste staat erbij: herkomst onbekend. Men wroet vervolgens in de mogelijke invloed van ‘homp’, iets korts en diks… tja, is herkenbaar. Het Latijnse homillus, een klein mens, daar kan het ook vandaan komen. Of humling, stumper stakker. Hmmm. Ik hou het op de vrolijke connectie met de kleinste der stapelwolken. Het mensen-hummeltje komt van de cumulus humilis. Het zijn beide schatjes. Toch ook met verschillen. Uit onze cumulus humilis komt geen regen. Een hummeltje slijt honderden luiers om alle neerslag op te vangen.

EEN BLIJMOEDIGE WOLK
Een cumulus humilis is als een snoepje aan het firmament. Verwacht er geen schaduw van, slechts een onderbreking van de verder blauwe hemel. De humilis is de wolk van de fraaie lente- of zomerdag. Zo anders dan de stratus (Zie paragraaf 2) die je de levenslust ontneemt. Er zijn mensen die, als ze bij het naar buiten stappen, een stratusdek boven zich zien hangen, alleen maar kunnen mompelen: “laat maar weer zitten, deze dag.” Er zijn katten die weigeren op stap te gaan. Maar niet bij dit mini-wolkje dat staat voor optimisme, luchtigheid en hoop. Zo gaat dat natuurlijk ook als er een kindje wordt geboren. Zie hier weer de anamelogie, eh, analogie. Hoop, dat nog wel eens de kop wordt ingedrukt zodra de congestusfase van de pubertijd om zich heen slaat of tijdens de volwassenheid, de Cumulonimbus.